Dat was even wennen, fietsen in coronatijd. Eerst werden mijn Belgische klassiekers – al 20 jaar vast scharnierpunt in mijn jaarprogramma – afgelast. Al snel sneuvelden ook de trainingsritjes met maten. En ik had een extreem doel voor ogen dit jaar: solo 24 uur op de Nürburgring, met wel heel veel hoogtemeters in juli. Ook gecanceld. Wat nu, een zwart gat dreigde.
Maar gelukkig: hoe ongezellig ook, fietsen kun je - anders dan voetballen of fitness - veilig in je eentje doen. Lastig van alleen fietsen is wel dat het lastig is om zelf telkens een andere route te vinden, zoals ik graag doe. Dat is toch het leukst, telkens weer ergens anders fietsen.
Internetfietsen
Maar waar vind je inspiratie voor een andere route die je op een verrassende plek brengt? Op internet natuurlijk. De afgelopen jaren heb ik via Strava en allerhande apps die bijhouden op welke wegen (8% van alle wegen in Nederland!), in hoeveel vakjes van 1 vierkante mijl op de wereld (39.733!) en welke gemeenten (op 4 na allemaal in Nederland en ongeveer de helft van de Belgische gemeenten) ik ontdekkingsreizen door Nederland en daarbuiten heb gedaan.
Want! Vanwege die 24-uursrace was ik in januari begonnen fanatieker en serieuzer dan andere jaren te trainen, was al snel een paar kilo meer dan normaal afgevallen en had eigenlijk zoveel lol in mijn groeiende conditie dat ik er toch het uiterste uit wil halen. En dat wou ik op een bijzondere manier doen, niet alleen maar naar Eindhoven heen en weer of zo.
Strava Art
Al langer zag ik op internet berichten over fietsers die figuurtjes reden. Giraffen, Olifanten, en allerlei fantastische tekeningen op de kaart. Kijk maar eens op https://www.runnersworld.com/nl/nieuws/interessant/a32166509/strava-hardlopen-kunst-trainen-stravaart/
Het ontbreekt me zelf aan creativiteit daarvoor, maar al eerder was ik door de vorm van de dijk Enkhuizen-Lelystad geïnspireerd om eens een hartje te fietsen. Alleen: als je die dijk doortekent tot een hart, dan zit je – na flink wat gepuzzel door de Weerribben en de Veluwe, vast aan een totaalafstand van ruim 400 kilometer. En toen werd het vrijdag 8 mei windstil, ik had vrij, het was warm en dus een kwestie van nu of nooit.
Brood mee
Planmatiger dan normaal omdat er geen mogelijkheden voor lunchen onderweg was, ben ik op pad gegaan met 10 broodjes kaas, vier krentenbollen, vier kwarkbolletjes en wat Snelle Jelles. Voor water had ik elke 120 kilometer een tankstation gepland om bij te vullen. Tussendoor waren vier pontjes waarvan ik er meteen twee kon gebruiken voor een korte eetpauze. 400 kilometer moest kunnen bij daglicht tussen 05.15 en 21.45 uur. (dat is inclusief stops 15,5 uur, 26km/u).
Maar daarbij had ik niet gerekend op het oponthoud van de pontjes, zandhappen bij Kootwijk en wat verkeerd rijden waardoor ik na die 15,5 uur in een duister en stil Amsterdam terechtkwam zonder verlichting. Stom van me. Gelukkig woont vriend Martin in Zaandam en die had wat lampjes voor me voor de laatste 20 km, waardoor ik me om half elf pas meldde bij mijn ongeruste echtgenote Adelheid.
En nu?
Zoals ik hierboven schreef wil ik het uiterste halen uit mijn huidige conditie. Die 430 kilometer waren me best bevallen. Inspiratie voor nieuwe figuurtjes heb ik niet. Voor grote ritten wel. Eigenlijk zou ik – ik word dit jaar 60 – graag nog eens 600 kilometer willen fietsen, wat dan een voor mij nooit meer te breken record zou zijn. Maar dat is wel erg ambitieus, al was het maar omdat ik dan een deel in het donker moet fietsen. Alternatief is om nog eens een 400 of 500km-rit te doen maar dan wat sneller. We gaan het zien.
Als je wilt kun je het ook gaan zien, je kunt me volgen op Strava als je dat wilt. Maar pas op: het is verslavend!
Koos Woestenburg